ONLINE MAGAZIN

Kritische und Kreative Kultur Debatte

 

NEDERLANDS ARTIKEL | HOME | INHALT

 

 

Kritisch forum voor een onderzoek naar de achtergronden

van de Kalachakra Tantra en de mythe van Shamballa

 

Nu het wereldgebeuren sinds de 11e september in het teken van oorlog staat, wordt er een boeddhistisch vredesalternatief gepresenteerd. Het is een grootscheepse gebeurtenis, die de 14e Dalai Lama van 11 tot 23 oktober (2202) in Graz, in Oostenrijk, zal leiden: het ritueel van de Kalachakra Tantra. Duizenden deelnemers uit meer dan 30 landen zullen door de Tibetaanse “Godkoning” in dit ritueel worden ingewijd. De Oostenrijkse bondsregering, de deelstaat Stiermarken en de stad Graz ondersteunen de gebeurtenis met royale giften uit belastinggelden en reclamecampagnes.

 

Het stadsbestuur, de universiteit, de pers, hotelhouders, herbergiers en kooplieden – zij allen kijken vol verwachting en opgewonden uit naar deze gebeurtenis. Men maakt enthousiast reclame om toeristen aan te trekken: “Boeddha komt in 2002 naar Graz – deze bijeenkomst van het wereldboeddhisme brengt 15.000 gasten en een internationale sfeer in de stad.” In elk geval staat het optreden van de “lachende Boeddha” borg voor ongeveer 100.000 overnachtingen. Het is de bedoeling dat 140 uitgezochte verslaggeefsters de gebeurtenissen op de voet zullen volgen en er enthousiast over zullen berichten. De regisseur Werner Herzog zal een barokdocumentaire over de Kalachakra Tantra draaien “om het onzichtbare zichtbaar te maken.” Zijn film zal geheel om de 14e Dalai Lama draaien en een kijk geven op “de veelzijdige persoonlijkheid van de spirituele leider van het Tibetaanse Boeddhisme.” Op straat  speculeert men erover wie er van de beroemde fans van de Dalai Lama uit Hollywood zal verschijnen: in ieder geval Richard Gere, maar het is nog niet zeker of Madonna, Sharon Stone, Steven Segal en Pierre Brosnan ook komen. De winnaar van de Nobelprijs voor vrede zal de prijs voor mensenrechten van de universiteit te Graz krijgen en het Weens Filharmonisch Orkest  zal als begeleidend programma onder leiding van Valery Gergiev een concert geven dat op de elfde dag van de Kalachakra ceremonie wereldwijd zal worden uitgezonden. Alle ogen in de wereld zijn volgens de organisator in oktober 2002 op Graz gericht. Het enorme ritueel toont met welke kracht, met welk vertoon van pracht en praal en met welk raffinement het Lamaïsme in het Westen vaste grond onder de voeten heeft gekregen.

 

Een heilige tekst (“Tantra”) van het Tibetaanse Boeddhisme, de zogeheten Kalachakra Tantra en de daarin opgenomen mythe van Shamballa liggen aan de opvoering ten grondslag. “Kalachakra” (sanskrit) betekent: “het rad van de tijd” en het is eveneens de naam van de hoogste Tibetaanse “god van de tijd”. De Kalachakra Tantra geldt als de laatste en jongste van alle openbaar gemaakte Tantra-teksten (10e eeuw) en wordt door de Lama’s als “het hoogtepunt van alle boeddhistische systemen” beschouwd.

 

Vele honderdduizenden worden al meer dan 25 jaar door de 14e Dalai Lama in de Kalachakra Tantra ingewijd. Daar zijn in India talrijke mensen onder die lezen noch schrijven kunnen. (Alleen al in Bodh Gaya zijn er van 21 tot 29 januari 2002 wel 400.000 deelnemers ingewijd.) Maar ook de “ontwikkelde” deelnemers en deelneemsters uit het Westen weten nauwelijks wat zich in het ritueel eigenlijk afspeelt, want naast het openbare gedeelte heeft het ook een gedeelte dat streng geheim wordt gehouden. Door de Dalai Lama werden uitsluitend de zeven laagste inwijdingen openbaar gemaakt, de acht volgende van de in totaal vijftien inwijdingen blijven nog steeds strikt geheim.

 

In folders, aankondigingen en brochures en in het bijzonder in de talrijke betuigingen van de 14e Dalai Lama vernemen we niets over deze acht geheime riten. De Kalachakra Tantra wordt voorgesteld als een waardige en verheven bijdrage aan de wereldvrede, die het medeleven met alle levende wezens, de interreligieuze dialoog, de tolerantie tussen volken en rassen, het ecologische bewustzijn, de gelijkgerechtigheid van de geslachten, de vrede van het hart, de geestelijke ontwikkeling en de gelukzaligheid voor het derde millennium moet bevorderen (“Kalachakra voor wereldvrede”). Een motto van de Dalai Lama, dat boven alles staat, luidt: “Omdat wij allen deze kleine planeet aarde delen, moeten we leren in harmonie en vrede met elkaar en met de natuur te leven.” De hele speciale hoogste tantristische inwijding van het Tibetaanse Lamaïsme krijgt daarmee het plechtige karakter van “een bijeenkomst voor wereldvrede die de culturen en de religies overstijgt.” Met zulke en overeenkomstige beschouwelijke uitspraken wordt er van Graz hoog opgegeven als een vredesoase die tegenwicht biedt aan de “scenario’s van geweld in de wereld”. Zelfs een persbericht van het bondsministerie voor economische aangelegenheden geeft, onder de indruk als men is van de toeristische en financiële “neveneffecten”, blijk van uiterst esoterisch-pacifistische speculaties: “De Kalachakra is een platform voor vrede en tolerantie. Met behulp daarvan wordt Oostenrijk en in het bijzonder Stiermarken tot een plaats van hoop, vrede en spirituele kracht. We zijn er trots op dat we dit project kunnen ondersteunen.”

 

Maar zijn de Kalachakra Tantra en de mythe van Shamballa werkelijk vreedzaam? Bevorderen ze daadwerkelijk het harmonische samenleven van mensen? Dragen ze reëel bij aan vrijheid en gerechtigheid, de gelijkgerechtigheid van de geslachten, religieuze tolerantie en een goede verstandhouding tussen de volkeren? Vormen ze een alomvattende, menswaardige politieke, democratische en geweldloze bijdrage aan de wereldvrede?

 

Sinds enige jaren staan het Tibetaanse Boeddhisme, de geschiedenis van het Lamaïsme, de toestanden onder de Tibetanen in ballingschap en de 14e Dalai Lama  steeds meer aan kritiek bloot en ditmaal niet van Chinese zijde. Historici uit de USA trekken de wijdverbreide, geflatteerde verheerlijking van de Tibetaanse geschiedenis in twijfel (Melvin C. Goldstein, A. Tom Grundfeld). Kritische Tibetologen beschuldigen de officiële Tibetologie van doelbewuste manipulatie (Donald S. Lopez jr). Wetenschappers onderzoeken in Tibet de machtsdromen. Die dromen worden door de  “Tibet-mythe”, die door de Lama’s gepropageerd wordt, uitgelokt en versterkt (Peter Bishop). Bekende vrouwelijke politici zouden er zich door eigen waarneming van overtuigen dat in Tibet geen volkerenmoord door de Chinezen plaatsvindt, zoals de Tibetanen in ballingschap nog altijd beweren (Antje Vollmar,  Mary Robinson). Vrouwen die vroeger boeddhist geweest zijn, klagen uit persoonlijke ervaring en met grote vakkennis de systematische en geraffineerde onderdrukking en het misbruik van vrouwen in het Tibetaanse Boeddhisme aan (June Campbell). Psychologen en psychoanalytici onderzoeken het agressieve en morbide karakter van de Lamaïstische cultuur (Robert A. Paul, Fokke Sierksma, Colin Goldner). Uit de eigen gelederen van de Dalai Lama wordt sedert 1997 overweldigend bewijsmateriaal van diens intolerantie, bijgelovigheid en autocratie aangevoerd (Shugden affaire). Er is ook scherpe kritiek geleverd op de rituelen van het Lamaïsme. De humanistische, vreedzame, tolerante en oecumenische doelstellingen van de Kalachakra Tantra en de daarin opgenomen mythe van Shamballa worden in een omvangrijke studie op hun achtergronden onderzocht (Victor en Victoria Trimondi). Er werd ook in Duitse, Zwitserse en Oostenrijkse TV-uitzendingen hele scherpe kritiek op de 14e Dalai Lama  en zijn op magie berustend systeem geleverd (Panorama, 10 nach 10, Treffpunkt Kultur). In München kwam het naar aanleiding van een bezoek van de Tibetaanse kerkvorst (mei 2000) zelfs tot fractievorming binnen de SPD, toen de “pro-Dalai Lama” vleugel de Tibetaanse “Godkoning” voor een massabijeenkomst had uitgenodigd. Ook de hele pers was verdeeld. Men verweet de Dalai Lama o.a.: voorbeelden van ondemocratische en autocratische heerschappij; onderdrukking van iedere politieke oppositie; represailles tegen religieuze minderheden; dat de politiek door een bezeten orakel wordt bepaald in plaats van door dialoog en discussie; de bewuste vervalsing van de geschiedenis van Tibet; onkritische contacten met voormalige SS’ers en neonazi’s; het belasteren van critici; vrouwonvriendelijke rituelen. Een uitvoerig overzicht over kritische stemmen in de pers vindt men op het internetadres: medien. Deze kritiek schijnt als een wolkje vrijwel onopgemerkt aan de mooie bergen van Oostenrijk voorbijgetrokken te zijn.

 

Hieronder volgen enige punten, die door de critici van de Kalachakra Tantra en de daarin opgenomen mythe van Shamballa naar voren gebracht worden.

 

  1. Over de geheime riten van de Kalachakra Tantra mag onder dreiging van Middeleeuwse straffen voor lichaam en ziel door niet-ingewijden niet gesproken worden. Wanneer iemand de geheimen ervan verklapt, “zal zijn hoofd en hart exploderen.” En hij zal in de diepste hel smoren. Dat heeft een goede reden, want in de acht hoogste inwijdingen komen dingen ter sprake die een humanistisch waardesysteem rechtsreeks tegenspreken (Michael Henss – Kalachakra – ein tibetisches Einweihungsritual – Zürich 1985, 46).

 

  1. De Kalachakra Tantra is allesbehalve pacifistisch, maar profeteert en moedigt een bloedige godsdienstoorlog tussen boeddhisten en niet-boeddhisten om de wereldheerschappij aan (De mythe van Shamballa).

 

  1. Als hoofdtegenstanders van het Boeddhisme noemt de tekst expliciet de “leiders” van de drie monotheïstische religies (Jodendom, Christendom, Islam): “Adam, Henoch, Abraham, Mozes, Jezus, de persoon in het witte gewaad [Mani], Mohammed, en Mathani [de Mahdi].” De Kalachakra Tantra betitelt hen als “de familie van de demonische slangen” (Shri  Kalachakra I. 154).

 

  1. De Kalachakra Tantra richt zich bijgevolg tegen alle religies die een Semitische oorsprong hebben, en om deze reden werd er door radicale rechtse antisemitisch ingestelde kringen voor hun racistische propaganda gebruik van gemaakt.

 

  1. De Kalachakra Tantra roept op tot een wereldwijde oorlog tussen de Islamitische en niet-islamitische wereld, waarin de aanhangers van Mohammed als de hoofdtegenstanders van de Boeddhisten worden aangeduid. De oorspronkelijke tekst spreekt erover dat “het genadeloze idool van de barbaren, de demonische Incarnatie” in Mekka leeft. (Shri Kalachakra I. 154).  Van de hoofdtegenstanders van de toekomstige Shambala koning, Rudra Chakrin, leren we dat zij mleccha genoemd worden wat zowel “barbaar” als “inwoner van Mekka” betekent. Een ander commentaar op de Kalachakra spreekt over Rudra Chakrin (toornige veldheer) als de “vernietiger van de Meccla’s”.

 

  1. Pagina’s lang en met enthousiasme voor details worden in de Kalachakra Tantra de moorddadige superwapens beschreven waarover het boeddhistische Shamballa-leger beschikt en die het tegen de “vijanden van de leer” inzet  (Shri Kalachakra I, 128 – 142). Moderne Lamaïstische commentaren op deze bewapeningsfantasieën trekken spectaculaire vergelijkingen met wapens uit de 20e en 21e eeuw.

 

  1. De boeddhistische oorlogvoering in de Shamballa-gevechten richt zich duidelijk niet naar de principes van het volkerenrecht, maar gaat door voor “genadeloos” en “wreed”. “De uiterst wilde [boeddhistische] soldaten zullen de barbaarse troepen terneer werpen” en “vernietigen”. (Shri Kalachakra I. 163/165).

 

  1. Alle deelnemers aan een Kalachakra-inwijding (dus ook die van Graz) hebben het bedenkelijke recht als “Shamballa-soldaat” wedergeboren te worden om in de geprofeteerde eindstrijd in overeenstemming met hun stand als infanterie of als officier te strijden. Hoge Lama’s van bepaalde bloedlijnen hebben nu al de posten in de generale staf toebedeeld gekregen. Dankzij de massale inwijdingen die de Dalai Lama al jarenlang uitvoert, kan hij inmiddels wel meer dan een miljoen “soldaten” voor de Shamballa-oorlog gerekruteerd hebben (E. Bernbaum – Der Weg nach Shamballa – Auf der Suche nach dem sagenhaften Königreich im Himalaya – Hamburg 1982, 252, 35).

 

  1. Volgens een visioen van de Tibetaanse Lama Kamtrul Rinpoche is het de gereïncarneerde Dalai Lama zelf die als toornige veldheer (Rudra Chakrin) de boeddhistische legers in de Shamballa-oorlog zal aanvoeren om “al het kwaad in het universum” te onderwerpen. Propagandisten van de Kalachakra Tantra verdedigen een primitieve martelarencultus die lijkt op die van de islamitische djihad-strijders: wie tijdens de Shamballa-oorlog omkomt, is als beloning ervan verzekerd dat hij het Shamballa-paradijs zal binnengaan (E. Bernbaum – Der Weg nach Shamballa – Auf der Suche nach dem sagenhaften Königreich  im Himalaya – Hamburg 1982, 253).

 

  1. De Kalachakra Tantra bevordert op alle niveaus het denken en handelen volgens vijandbeelden en propageert geheel in tegenspraak met de oorspronkelijke leer van de historische Boeddha (Theravada) en de ethische eisen van het Mahayana-Boeddhisme de oorlog tussen “de goeden” en “de kwaden”, tussen “de gelovigen” en “de ongelovigen.”

 

  1. De Kalachakra Tantra houdt een boeddhistische staatsleer in. Deze is nog theocratischer dan de opvatting die de fundamentalisten van theocratie hebben, want de boeddhistische “chakravartin” (wereldheerser) wordt als directe “incarnatie” of “emanatie” van de hoogste Boeddha (Adi-Buddha), als wandelende “Godmens” op aarde beschouwd, terwijl de “kalief” slechts de plaatsvervanger van God (Allah) op aarde is, aan wie nog niet eens de rang van een profeet toekomt.

 

  1. Aan het hoofd van de autoritaire boeddhocratische Kalachakra-staat staat een absolute “priesterkoning” (chakravartin) op de leeuwentroon, die de religieuze, politieke, rechterlijke en militaire macht in zijn eigen persoon verenigt. De burgerlijke machtenscheiding is hier volledig onbekend. Wie de staatsrechterlijke positie van de Dalai Lama in het traditionele Tibet (tot 1957) kent, weet dat het ambt van de Tibetaanse “Godkoning” aan die van een chakravartin in het klein beantwoordt. De twijfelachtige en gedeeltelijke democratiseringshervormingen die de 14de Dalai Lama onder de Tibetanen in ballingschap heeft doorgevoerd, worden door de boeddhocratische staatspolitieke consequenties die men uit de Kalachakra Tantra kan trekken, weer tenietgedaan.

 

  1. Het is een expliciete eis van de Kalachakra Tantra om aanspraak te maken op de boeddhocratische wereldheerschappij. Ook hier hebben we een fundamentalistische tegenhanger van de Islamitische aanspraak op de wereldheerschappij. Wanneer beide systemen zich in de bloedige eindstrijd als doodsvijanden tegen elkaar zouden opstellen, komt dat voort uit de logica van hun theocratisch, resp. boeddhocratisch absolutisme.

 

  1. Moderne visies op de boeddhocratie voor onze hele planeet, die door de 14e Dalai Lama verwelkomd worden, berusten op de grondslagen van de Kalachakra Tantra. Zie hiervoor het boek van Robert A. Thurman – Revolution von Innen – Die Lehre des Buddhismus oder das vollkommene Glück (1999), waarin de auteur de autoritaire, politieke theorie van een “Boeddhaversum” ontwikkelt. Thurman, die door de Time Magazine als de “spreekbuis van de Dalai Lama” in de USA genoemd wordt, zag reeds in een 1979 in een droom de Tibetaanse kerkvorst als “de god van de tijd” boven het Waldorf Astoria Hotel in New York tronen, terwijl om hem heen “de grote schare van notabelen - burgemeesters, senatoren, bedrijfsleiders en koningen, sjeiks en sultans, prominenten en sterren” zwermden, “meegesleurd door de maalstroom van 722 dansende godheden [van de Kalachakra Tantra] omzwermden zij als het ware als bijen in naaldstrepen een reusachtige honingraat.”

 

  1. De Kalachakra Tantra vereist in de hogere inwijdingsgraden de onvoorwaardelijke en grenzeloze onderwerping aan de absolute wil van de goeroe die de inwijding uitvoert (hier aan de Dalai Lama als de hoogste Kalachraka-meester). Het “ik-bewustzijn” en de persoonlijkheid van de inwijdeling worden van stap tot stap uitgewist, om hen te maken tot een menselijk vat van de gedeeltelijk oorlogszuchtige en agressieve tantristische godheden en boeddha’s. In de Kalachakra Tantra vindt men dus geen “veredeling”,  “verlichting” of “integratie” van het individu, maar diens systematische vernietiging ten gunste van een gecodificeerd religieus voorbeeld.

 

  1. In de geheime acht hoogste inwijdingen van de Kalachakra Tantra moet de inwijdeling door extreme geestelijke en lichamelijke oefeningen in een toestand verplaatst worden die verheven is boven goed en kwaad. De oorspronkelijke tekst roept hem daarom op tot de volgende wandaden en misdaden: doden, liegen, stelen, echtbreken, alcohol drinken, seksuele gemeenschap hebben met meisjes uit de onderklassen. Zoals in alle andere Tantra’s kan dit zowel symbolisch als ook letterlijk worden verstaan. Zelfs de 16e Dalai Lama vindt het goed dat een Kalachakra-adept – onder bepaalde omstandigheden – een persoon vermoordt “die de boeddhistische leer schade toebrengt.” Hij verlangt echter dat dit ook “met medeleven” moet gebeuren (Dalai Lama – The Kalachakra Tantra - Rite of Initiation – London, 1985. S. 348vv). Het in het oorspronkelijke Boeddhisme uitgesproken absolute verbod om te doden wordt hier doorbroken.

 

  1. In de hoogste magische inwijdingen worden zogenaamde “onreine substanties” benut. De Kalachakra Tantra beveelt het genot van vleessoorten van verscheidene dieren aan, die taboe verklaard zijn. Ook mensenvlees (maha mamsa) wordt als substantie voor het ritueel gebruikt. Gewoonlijk is het van doden afkomstig en is het “vlees van degenen, die op grond van hun eigen karma sterven, die in de oorlog op grond van hun slechte karma of op grond van eigen fouten gedood worden.” – schrijft de tantristische grootmeester en Shamballa-koning Pundarika in zijn traditionele commentaar op de Kalachakra en hij vervolgt dat het zinvol is deze substanties in de vorm van pillen tot zich te nemen. Het vlees van onschuldige mensen, die door hun moordenaars als offer aan God, uit vrees, in een vooroudercultus, uit begeerte (zucht naar gewin) of tegen loon gedood worden, is met “onuitsprekelijke zonde” besmet en mag in het ritueel niet worden gebruikt. “Maar, wanneer iets daarvan ongevraagd in de bedelnap valt, is het niet met onuitsprekelijke zonde besmet” - en mag het daarom gebruikt worden (In: John Ronald Newman – The outer wheel of time: Vajrayana buddhist cosmology in the Kalachakra Tantra – Madison 1987, 266v.).

 

  1. Het Kalachakra Tantra heeft morbide kenmerken. Talrijke rituele voorwerpen, die in de ceremoniën gebruikt worden, zijn van doden afkomstig (schalen uit mensenschedels, trompetten uit beenderen, kettingen van beenderen). Reeds een blik op de grote Kalachakra Thangka (wandplaat), die gedurende de ceremonie in Graz voortdurend boven de troonzetel van de 14e Dalai Lama zal hangen, kan iemand van het toornige karakter van dit ritueel overtuigen. De daarop voorgestelde god van de tijd “Kalachakra” en zijn metgezellin, de godin van de tijd “Vishvamata”, die zich al staande seksueel verenigen, houden in hun in totaal 32 handen 34 voorwerpen van agressieve, perverse en oorlogszuchtige aard (haken, zwaard, hakmes, trommels en schalen uit schedels, een soort scepter, die bovenaan versierd is met drie afgehouwen hoofden van mensen enz.).

 

  1. In de hoogste geheime inwijdingen van de Kalachakra Tantra vinden seksuele magische riten plaats die als doel hebben om “seksualiteit” in wereldse en geestelijke macht te transformeren. De vrouwen die daarbij werkelijk of denkbeeldig gebruikt worden (allebei is mogelijk), stellen bepaalde energievormen voor, waarbij de leeftijd een belangrijke rol speelt. Men begint met tienjarige meisjes. Tot aan het twintigste levensjaar stellen de seksuele vrouwelijke partners positieve eigenschappen voor. Zijn ze ouder, dan gelden zij als dragers van negatieve energie, van toorn, woede, haat enz. en als “vrouwelijke demonen”. In de achtste tot de elfde inwijdingsgraad van de Kalachakra Tantra wordt slechts met “één” vrouw seksueel-magisch geëxperimenteerd. In de twaalfde tot aan de vijftiende inwijdingsgraad, de zgn. Ganachakra, nemen behalve de meester en de inwijdeling in totaal tien vrouwen aan het ritueel deel. Het is de plicht van de leerling de vrouwen als “geschenk” aan de Lama aan te bieden. “Leken” die in het ritueel ingewijd worden, moeten hun vrouwelijke familieleden (moeder, zuster, echtgenote, dochter, tantes enz.) meebrengen. “Wanneer de leerling deze gezellinnen der wijsheid niet aan zijn meester overdraagt omdat hij zijn familie wil beschermen, mag de meester dit ritueel niet uitvoeren.” – is in de Kalachakra Mûlatantra te lezen. Gewijde monniken en novicen daarentegen mogen van vrouwen die geen familie van hen zijn en wel uit de verschillende kasten gebruik maken. In het geheime ritueel zelf experimenteren de deelnemers met het mannelijke en vrouwelijke zaad (sperma en menstruatiebloed). Vrouwen worden in de Kalachakra Tantra enkel als “energiegevers” voor de mannelijke deelnemers beschouwd en spelen na de beëindiging van het ritueel geen rol meer (zie hiervoor: Nâropâ – Iniziazone Kâlachakra – Roma 1994).

 

  1. De Kalachakra Tantra heeft in het tegenwoordige tijdperk, dat volgens de leer van het Lamaïsme de apocalyptische ondergang tegemoet snelt (Kaliyuga), wel in het bijzonder een destructief en agressief karakter. Er zijn daarin speciale riten die de algemene ondergang door symbolische handelingen moeten bespoedigen. “Wat is Kalachakrayana [de weg van de Kalachakra]?” vraagt  een van de beste deskundigen op het gebied van het Tantrisme, de Indiër Shashi Bhusan Dasgupta en hij antwoordt veelbetekenend: “Het woord Kala betekent tijd, dood en vernietiging. Kala-chakra is het rad van de vernietiging.”

 

Dit zijn maar een paar voorbeelden van de problematische inhoud van de Kalachakra Tantra en de daarin opgenomen mythe van Shamballa, maar dit is voldoende om zich af te vragen of dit ritueel zo nog een humanistisch, vreedzaam, tolerant, vrijheidslievend en oecumenisch karakter heeft.  Er komt nog bij dat de mythe van Shamballa – in zoverre die historisch en ideologisch relevant werd – tot uiterst agressief gedrag, visoenen vol grootheidswaan, complottheorieën en terroristische activiteiten geleid heeft. Vooral oefent deze mythe op neofascistische kringen een bijzondere aantrekkingskracht uit en wordt door hen ideologisch overgenomen.

 

  1. In de oorlog tussen Witrussen, bolsjewieken en mongolen werd aan het begin van de 20e eeuw de mythe van Shamballa verbonden met voorstellingen van een herleving van de Djengis Khan. De mongolen zagen in dit conflict zichzelf als “Shamballa-soldaten”. Hun militaire activiteiten waren extreem bloeddorstig.

 

  1. De Italiaanse fascist en extreem rechtse cultuurfilosoof Julius Evola zag in het mythische rijk Shamballa het esoterische centrum van een sacrale militaire kaste en vermoedde dat daar het paleis van de wereldkoning was, wiens teken van heerschappij het hakenkruis is. Hij hield lezingen met een dergelijke inhoud voor de nakomelingen van de SS’ers.

 

  1. In de occulte literatuur (de “Nazi-mysteriën) worden “meesters” uit Shamballa als de verborgen spelers op de achtergrond voorgesteld, die aan de “magische” schepping van het Nationaal-Socialistische regiem deelgenomen moeten hebben (Trevor Ravenscroft, Louis Pauwels en Jacques Bergier e.a.).

 

  1. In de ideologische naoorlogse SS-subcultuur en in het “SS-mysticisme” van de jaren 90 wordt het mythische koninkrijk Shamballa als toevluchtsoord voor een agressieve en morbide “Nazi-religie” beschouwd (Wilhelm Landig, Jan van Helsing e.a.).

 

  1. De mythe van Shamballa vormt een ideologische grondpijler van het “esoterisch Hitlerisme”. Daarbij gaat het om de wereldwijd verbreide racistische occulte leer van de Chileense diplomaat Miguel Serrano en Savitri Devi die naar eigen verkiezing Indiase is geworden (“de priesteres van Hitler”).

 

  1. De intussen gestorven Tibetaanse Lama Chögyam Trungpa (1940-1987) creëerde in het Westen met zijn concept van de Shamballa-soldaat de eerste grondslagen voor een potentieel  “oorlogsboeddhisme”, zoals dat in grote delen van Oost-Azië bekend is. In plaats van in kloosters leven de Shamballa-soldaten in militaire kampen, militaire parades voegen zich bij de meditaties, in plaats van bedelnappen houden zijn leerlingen wapens in de hand en in plaats van een monnikskleed dragen ze militaire uniformen.

 

  1. De mythe van Shamballa vormde de ideologische grondslag voor het terrorisme van de Japanse eindtijdgoeroe Shoko Asahara. Aan leringen van de Kalachakra Tantra ontleende hij zijn visioenen over het einde van de wereld. Hij beoogde de tijd tot aan het uitbreken van de Shamballa-oorlog te bespoedigen en motiveerde daarmee zijn gifgasaanslagen in de metro van Tokio. Asahara was de eerste sekteleider die mensen die niets met zijn eigen organisatie te maken hadden, vermoordde en daarmee de weg bereidde voor het religieus gemotiveerde internationale terrorisme, dat heden ten dage het belangrijkste thema van de wereldgemeenschap is geworden.

 

Zelfs wanneer het bij deze fascistische en terroristische verklaringen van de mythe van Shamballa om verkeerde interpretaties zou gaan, dan is het des te meer de plicht van de 14e Dalai Lama en zijn aanhangers het Kalachakra ritueel in al zijn details duidelijk uiteen te zetten, mogelijke karikaturen, projecties en misbruiken bij te stellen en zich van problematische inhouden openlijk te distantiëren, resp. die uit de traditionele teksten te verwijderen. In plaats daarvan had de Tibetaanse kerkvorst in het verleden meerdere vriendschappelijke ontmoetingen met voormalige SS’ers (Heinrich Harrer, Bruno Beger), met de stichter van het “esoterische Hitlerisme” (Miguel Serrano) en met de terrorist Shoko Asahara,  die hij ook nog na de aanslagen in Tokio als zijn “vriend, ook al is hij een onvolmaakte” betitelde. Pas later distantieerde hij zich van hem. Het is de taak van de stad Graz, van de regering van de deelstaat Stiermarken, en niet in de laatste plaats van de christelijke instellingen, over dit ritueel een brede openbare discussie te beginnen, zodat ze niet bij iets worden betrokken, wat lijnrecht tegen hun oorspronkelijke bedoelingen ingaat.

 

Volgens uitspraken van talrijke internationale berichten in de media is het Tibetaanse Boeddhisme in deze tijd de “trendsetter” op religieus gebied. Dat bevestigen de gebeurtenissen in 2002 in Graz maar al te duidelijk. Door het charismatische optreden van de 14e Dalai Lama alsook door zijn humane politieke toespraken en geschriften vindt een gigantische ondoordachte cultuurimport van oosters gedachtegoed in het Westen plaats, dat fundamentalistische trekken bezit en voor fundamentalisten uit verschillende kampen als ideologische grondslag diende en hen in de toekomst ook kan helpen. De boeddhistische leider spreekt mensen aan op hun diepe behoefte aan harmonie en vrede, maar de eigen geschiedenis van het Lamaïsme, de inhouden van de Tibetaanse Tantra en de rituelen, ja, zelfs de toestanden onder de Tibetanen in ballingschap zijn allesbehalve vreedzaam en harmonisch. Er zijn in de Kalachakra Tantra passages die onomwonden tot een oorlog tussen de religies oproepen, die intolerant en agressief zijn. In het Tibetaanse Boeddhisme worden wij geconfronteerd met een archaïsch, op magie berustend religieus systeem dat door de principes van de westerse verlichting nagenoeg onberoerd is gebleven. Dat is ook de reden dat het van extreem rechtse kant aantrekkelijk wordt gevonden. Het heeft eeuwenlang aanleiding gegeven tot sociale onrechtvaardigheden, die heden ten dage door ieder vrijheidslievend burger van de hand gewezen moeten worden. De gelijkwaardigheid der geslachten, de democratische wilsvorming en de oecumenische ontmoeting zijn aan het tantristische Boeddhisme als zodanig wezensvreemd, ofschoon de 14e Dalai Lama naar buiten toe het tegendeel propageert.

 

Als reactie op de 11e september 2001 heeft Der Spiegel in een artikel “De religieuze waan – de terugkeer van de Middeleeuwen” gewezen op agressieve inhouden en fundamentalistische stromingen in de drie monotheïstische religies. Zoals zo vaak bij dergelijke cultuurkritiek het geval is, bleef het boeddhisme deze kritiek bespaard. Dat is niet juist! Alle voorbeelden die in dit artikel bekritiseerd worden (strijd tegen ongelovigen en dissidenten, godsdienstoorlogen, theocratische [boeddhocratische] machtsvisioenen, ondergangsprognoses, vrouwonvriendelijkheid enz.) komt men in heel bijzondere mate in de Kalachakra Tantra tegen.

 

Het Kritische Forum Kalachakra (KFK) verlangt dat voor, gedurende en na de gebeurtenissen in Graz (2002) over de Kalachakra Tantra en de mythe van Shamballa een breed cultuurdebat wordt gevoerd. Het KFK verzamelt informatie, deelt documenten uit, doet vertaalwerk en is van plan een homepage te beginnen. Het platform wil als actiegroep [met uitzondering van deze verklaring] geen uniforme standpunten innemen om de breedte van het kritische onderzoek naar de achtergronden van de Kalachakra Tantra niet in te perken.

 

ã Kritisch Forum Kalachakra (Victor & Victoria Trimondi)

 

 

 

© Copyright 2003 – Victor & Victoria Trimondi

The contents of this page are free for personal and non-commercial use,
provided this copyright notice is kept intact. All further rights, including
the rights of publication in any form, have to be obtained by written
permission from the authors.